Na afloop van de cursus:
- heeft de student diepgaande kennis van en inzicht in onderwerpen op het gebied van het (Europees) burgerlijk procesrecht, zoals bijvoorbeeld bewijsrecht, verwikkelingen rond de procedure, rechtsmiddelen en voorlopige voorzieningen.
- heeft de student kennis van en inzicht in onderwerpen op het gebied van het beslag- en executierecht.
- kan de student zich verplaatsen in de positie van de verschillende actoren in het burgerlijk proces.
- kan de student een bepaald deelterrein van het burgerlijk procesrecht analyseren en deze analyse schriftelijk weergeven in de vorm van een annotatie of essay.
|
|
De cursus bestaat uit onderwerpen op het gebied van burgerlijk procesrecht en het beslag- en executierecht. Deze onderwerpen zijn:
- Verdieping bewijsrecht (o.a. omkering bewijslast, bevrijdend verweer, onrechtmatig verkregen bewijs, niet in wet geregelde bewijsmogelijkheden, bewijskracht proces-verbaal politie en proces-verbaal van constatering gerechtsdeurwaarder)
- Verwikkelingen rond de procedure: incidenten, deelgeschillen, afbreking van de instantie, excepties
- Rechtsmiddelen/hoger beroep: devolutieve werking, grievenstelsel, invloed incidenteel appel, uitwerking grenzen van rechtsstrijd en aanvulling rechtsgronden, twee-conclusie-regel, cassatie, verstek/verzet, derdenverzet
- Voorlopige voorzieningen (bijv. kort geding)
- Alternatieve wijzen van geschiloplossing: arbitrage, bindend advies (o.a. geschillencommissies), mediation, WCAM, prejudiciƫle vragen aan HR
- Beslag en tenuitvoerlegging van uitspraken in het algemeen; executoriale titels tenuitvoerlegging t.a.v. onroerende zaken: beslag op onroerende zaken (o.a. HR Baarns beslag), onderhandse executoriale verkoop, gedwongen ontruiming; verhaal van geldvorderingen; indirecte executiemiddelen: dwangsom en lijfsdwang; bewijsbeslag.
Plaats van de cursus in het curriculum:
- Verplichte majorcursus in de master Privaatrecht
|
|
|