SluitenHelpPrint
Switch to English
Cursus: RGBUSBR017
RGBUSBR017
Rechtssociologie
Cursus informatie
CursuscodeRGBUSBR017
Studiepunten (EC)7,5
Cursusdoelen
Kennis, begrip en inzicht

Na afloop van de cursus:
  • kent de student enkele belangrijke concepten en theorieën van de hedendaagse rechtssociologie, waaronder:
    • de verhouding tussen recht en legitimiteit van de staat/overheid/autoriteiten,
    • de verhouding tussen recht en macht,
    • de verhouding tussen recht en sociale cohesie in de samenleving,
    • het werk van de ‘wegbereiders’ van de rechtssociologie, Marx, Weber en Durkheim;
  • begrijpt de student de plek van het recht in het bredere geheel van de samenleving, zoals:
    • dat recht maar een van de factoren is die invloed heeft op gedrag,
    • dat de idee dat de samenleving m.b.v. recht ‘gestuurd’ relativering behoeft,
    • dat er geen chaos hoeft te zijn als het recht iets niet reguleert;
  • heeft de student kennisgemaakt met sociaalwetenschappelijke onderzoeksmethoden;
  • heeft de student kennisgemaakt met actueel Nederlands rechtssociologisch onderzoek en de resultaten daarvan.
Contextuele inbedding

Na afloop van de cursus:
  • heeft de student inzicht in de wisselwerking tussen recht en samenleving, namelijk:
    • enerzijds de invloed van recht op de samenleving (de sociale werking van het recht),
    • anderzijds de invloed van de samenleving op het recht (de sociale genese van het recht),
    • en het verband daartussen;
  • kent de student het verschil tussen theoretisch rechtssociologisch onderzoek en empirisch rechtssociologisch onderzoek;
  • is de student in staat om actuele casus vanuit een rechtssociologisch perspectief te begrijpen.
 
Vaardigheden

Na afloop van de cursus:
  • is de student in staat om zelfstandig een rechtssociologisch standpunt op een bepaalde casus te formuleren; 
  •  heeft de student zijn/haar onderzoeksvaardigheden verder ontwikkeld;
  • kan de student op basis van een zelfstandig geformuleerde empirische onderzoeksvraag een beargumenteerd rechtssociologisch antwoord geven;
  • kan de student op gestructureerde wijze schriftelijk verslag doen van verkennend sociaalwetenschappelijk onderzoek;
  • heeft de student kennisgemaakt met het afnemen van interviews;
  • heeft de student geoefend met communicatievaardigheden (tijdens interviews en bij de paperpresentatie);
Inhoud
Rechtssociologie is een hybride, een samensmelting, tussen recht en sociologie. Recht gaat over regels, over wat je wel en wat je niet mag doen, of over hoe je het moet doen. Sociologie gaat over het sociale, over het samenleven, over de samenleving of de maatschappij. Het is de wetenschap die de mens niet als individu bestudeert, maar als lid van een groep, of behorend tot een categorie. Rechtssociologie onderzoekt de relaties tussen het recht en het gedrag van mensen in bepaalde groepen, instituties en categorieën in de samenleving. Wat ook wel gezegd wordt, rechtssociologie onderzoekt de ‘sociale werkelijkheid van het recht’. Met de bestudering van die feitelijk functionering van het recht onderscheidt rechtssociologie zich van overige rechtswetenschappelijke disciplines, die veelal zijn gericht op de normatieve gelding van het recht (law in the books). Rechtssociologie betreft de wisselwerking tussen recht en samenleving, oftewel: law in action.
De keuzecursus rechtssociologie bouwt voort op wat in het eerste en tweede jaar is aangereikt betreffende niet-juridische perspectieven op het recht, in het bijzonder met betrekking tot de vraag: hoe werkt recht in de praktijk. Juristen van nu zullen, in welk beroep zij later ook werkzaam zullen zijn, steeds vaker te maken krijgen met vragen die de feitelijke effecten van recht betreffen. De T-shaped lawyer van de toekomst is ook in staat om het perspectief van de sociale werkelijkheid van het recht te begrijpen en toe te passen. De keuzecursus rechtssociologie verschaft studenten bij uitstek de mogelijkheid om invulling te geven aan een multidisciplinaire curriculum van hun bacheloropleiding.
Het cursus rechtssociologie stelt, en geeft antwoord op, empirische vragen – telkens vanuit een theoretische inbedding. In de rechtssociologie zijn grofweg drie kernvragen te onderscheiden en die staan dan ook centraal in deze cursus: 1) Hoe kunnen we de verhouding tussen recht en legitimiteit van de staat/overheid/autoriteiten begrijpen? Denk daarbij aan vraagstukken die het vertrouwen van de burger de rechtspraak betreffen. 2) Hoe kunnen we de verhouding tussen recht en macht begrijpen? Dit betreft vragen over toegang tot het recht en over winnaars en verliezers in het recht. Of over het verschil tussen formele en materiele gelijkheid in procedures. En 3) Hoe kunnen we de verhouding tussen recht enerzijds en sociale cohesie of solidariteit in de samenleving anderzijds begrijpen? Hierbij gaat het bijvoorbeeld over kwesties als nationale identiteit en (ervaren) discriminatie. Recht wordt, in deze cursus, dus telkens gecontextualiseerd, oftewel in het bredere geheel van de samenleving geplaatst. Tegelijkertijd wordt aandacht besteed aan de methoden en technieken van het doen van empirisch onderzoek, zoals enquêtes, interviews en observaties.
Deze cursus kent hoorcolleges waarin de theoretische concepten van de kernvragen naar 1) legitimiteit, 2) macht en 3) solidariteit worden besproken. Tijdens de hoorcolleges worden ook de belangrijkste ‘wegbereiders’ van de rechtssociologie geïntroduceerd: Marx, Weber en Durkheim. Daarnaast besteden we in de colleges aandacht aan onderzoeksvaardigheden die van pas komen bij  het schrijven van de verplichte paper (zoals het doen van interviews) en worden documentaires getoond over de verhouding tussen recht en samenleving. In de werkgroepen worden aanvullende en verdiepende teksten over de drie kernvragen behandeld. Tijdens de werkgroepen wordt ook gewerkt aan het schrijven de paper en het verzamelen van daartoe benodigde data (middels interviews).
 
CONTEXT
Wetenschappelijke context
Deze keuzecursus biedt (in vervolg op een globale eerste kennismaking tijdens het eerstejaars cursus Perspectieven op Recht) een verdere kennismaking met de rechtssociologie en daarmee met een empirisch-juridisch perspectief op recht. Het betreft een van de mogelijke vormen van een multidisciplinaire (sociologie, filosofie, sociaal psychologie, etc.) insteek van het recht, waarbij specifiek in deze keuzecursus kennis vanuit de sociologie wordt toegepast op de studie van het positieve recht.
De cursus besteed aandacht aan theoretisch en empirisch onderzoek en wil daarmee uitstijgen boven borreltafelpraat en ‘we weten toch wel hoe het zit.’ Theoretisch rechtssociologisch onderzoek houdt in dat samenhangende concepten worden doordacht op hun bruikbaarheid voor het begrijpen van de verhouding tussen recht en samenleving. Empirisch rechtssociologisch onderzoek is feitelijk onderzoek naar de werking van recht, opvattingen over recht, totstandkoming van recht, enzovoort. Bij empirisch onderzoek gaat het allereerst over de vraag of en hoe we weten wat er in de samenleving ‘echt’ speelt, met welke concepten dat het beste is te begrijpen en met welke onderzoeksmethoden daar enige zekerheid over te krijgen is.
Het gaat in deze cursus nadrukkelijk niet om rechtsinterpretatieve vragen, maar om empirische vragen. Om empirische vragen te kunnen beantwoorden zijn verschillende onderzoeksmethoden voorhanden. Binnen de rechtssociologie doet men zowel kwantitatief als kwalitatief empirisch onderzoek; kwantitatief = grootschalig, voornamelijk cijfermatig onderzoek, zoals enquêtes en archiefonderzoek, kwalitatief = observaties, interviews, etc. Het onderscheid daartussen komt in deze keuzecursus ook uitgebreid aan de orde.
Maatschappelijke context
In deze keuzecursus worden de casus die in de hoorcolleges aan de orde komen en de casus die in de werkgroepen worden behandeld – vrijwel zonder uitzondering – ontleend aan de actualiteit van recht en samenleving. Denk daarbij aan de legitimiteit van de rechtspraak of het beeld van burgers bij juridische autoriteiten, aan de verdeling, beperking of verlening van macht, aan actuele kwesties betreffende cohesie en solidariteit, of aan het oplossen van conflicten. Dit bijvoorbeeld in het licht van processen van mondialisering en individualisering. De paper die de studenten schrijven dient betrekking te hebben op de actuele sociale werkelijkheid.
 
VAARDIGHEDEN
- Algemene academische analytische vaardigheden
In deze keuzecursus gaat het om de wisselwerking tussen recht en samenleving. De studenten wordt geleerd om vanuit een rechtssociologisch perspectief naar de thema’s legitimiteit, macht en solidariteit te kijken. In de casuïstiek die in de hoorcolleges en de werkgroepen aan de orde komt, wordt de studenten geleerd om verbanden (de wisselwerking) te leggen tussen enerzijds de invloed van recht op de samenleving (de sociale werking van het recht) en anderzijds de invloed van die samenleving op het recht (de sociale genese van het recht). Tijdens de werkgroepen en bij de paper wordt van de studenten gevraagd om zelfstandig een eigen rechtssociologisch standpunt op een bepaalde casus te formuleren.
- Argumentatievaardigheden
Van studenten wordt gevraagd om (o.a. bij het schrijven van de paper, dat in tweetallen wordt gedaan) op basis van een zelfstandig geformuleerde onderzoeksvraag een beargumenteerde antwoord te geven, waarbij nadrukkelijk niet gevraagd wordt om een rechtsinterpretatief perspectief, maar om een rechtssociologisch perspectief.
- Communicatievaardigheden
De schriftelijke communicatieve vaardigheden komen aan bod bij het schrijven van de paper en de onderlinge feedback die gegeven moet worden. De mondelinge communicatieve vaardigheden komen aan bod bij het vergaren van data door het afnemen van twee interviews en de presentatie van de paper tijdens de werkgroepen.
- Reflectieve en professionele vaardigheden
Omdat kennis uit eerdere cursussen bekend wordt verondersteld (Grondslagen van het Recht, Inleiding Privaatrecht, Inleiding staats- en bestuursrecht, Inleiding strafrecht en Perspectieven op Recht) worden studenten geacht kennis uit die cursussen aan elkaar te koppelen. Aangevuld met een rechtssociologisch perspectief (en met enige kennis van empirische onderzoeksmethoden) zijn studenten in staat om op hun eigen kennis, vaardigheden en interesses te reflecteren en om een keuze voor een vervolgopleiding te maken. Binnen deze cursus wordt recht telkenmale gecontextualiseerd in de bredere samenleving. De cursus rechtssociologie draagt bij aan de vorming van een T-shaped lawyer.
- Onderzoeksvraag
Bij de paperopdracht leert de student zelfstandig (en met feedback) een rechtssociologische onderzoeksvraag te formuleren, inclusief deelvragen, die binnen de daarvoor gestelde tijdsduur en omvang van het paper is te beantwoorden.
- Onderzoeksmethoden
De studenten maken kennis met kwalitatieve en kwantitatieve onderzoeksmethoden en zijn in staat om naast literatuurstudie ook interviews toe te passen bij het vergaren van data (die vervolgens weer nodigzijn om de paper te kunnenschrijven.

Niet in het examenprogramma in te brengen naast RGBOR0610 Rechtssociologie. 

Plaats van de cursus in het curriculum:
  • Juridische keuzecursus bachelor
Aanvullende eisen per cursus:
Eventuele aanvullende eisen van de cursus staan vermeld in de Leidraad van de betreffende cursus.
  
SluitenHelpPrint
Switch to English