|
Inzicht in en toepassing van kunsthistorische methodiek aan de hand van toonaangevende kunsthistorische en architectuurhistorische literatuur over de betreffende periode. Wetenschappelijke literatuur zoeken, noteren en annoteren. Verdergaande analyse van beeldende kunst en architectuur in situ en in hun specifieke context; schrijfvaardigheid; mondeling presenteren.
|
|
|
Deze cursus verdiept de kennis van de belangrijkste beeldende kunst en gebouwen uit deze periode van ruim 200 jaar door de analyse en interpretatie ervan binnen hun cultuurhistorische en maatschappelijke context aan de hand van zowel eigentijdse primaire bronnen voor analyse en interpretatie als toonaangevende kunsthistorische secundaire literatuur over deze periode.
|
|