De student heeft:
1. kennis van de politieke en sociale geschiedenis van de Islamitische Wereld vanaf 1600 tot heden, en inzicht in regionale verschillen in de Islamitische wereld en verklaringen hiervoor;
2. kennis van contemporaine debatten over de historiografie van de islam, inclusief die over oriëntalisme;
3. inzicht in bronnen en methoden van historische onderzoek naar de islam.
|
|
In dit tweede deel van de cursus Geschiedenis Islamitische Wereld staan de politieke en sociale geschiedenis van de Islamitische wereld centraal. Daarnaast komen cultuur- en godsdienst- historische aspecten aan de orde. We beginnen met het Osmaanse Rijk dat, na drie eeuwen dominantie, eind 16e eeuw tekenen van machtsverlies vertoont. Vervolgens bespreken we de interactie tussen de opkomende Europese imperia en het Midden Oosten vanaf 1800 tot heden. Ingrijpende maatschappelijke en culturele veranderingen in de 19e eeuw in het Osmaanse Rijk om het hoofd proberen te bieden aan het toenemende macht van de Europese staten en vervolgens de complete herziening van de politieke kaart van het Midden Oosten na WO1. Uiteraard komt in dit kader ook de Palestijnse kwestie uitgebreid aan de orde. Ook de stromingen als nationalisme, constitutionalisme en secularisme passeren de revue. Verder besteden we aandacht aan Maghrib en Indonesië.
De laatste decennia is er een fel debat gevoerd over de vraag in hoeverre westerse historici de hier genoemde ontwikkelingen ‘objectief’ hebben beschreven, of zelf koloniale belangen van westerse staten hebben gediend. De cursus gaat daarom ook in op het debat over ‘oriëntalisme’.
|
 |
|