SluitenHelpPrint
Switch to English
Cursus: BMW32106
BMW32106
Toxicologie - Voeding, bestrijdings- en geneesmiddelen
Cursus informatie
CursuscodeBMW32106
Studiepunten (EC)7,5
Inhoud
TOXICOLOGIE
Werkingsmechanismen en effecten van stoffen op mens en dier
 
Studiepunten: 7,5                                           Cursuscode: BMW32106
Coördinator: Dr. M.W.H.C. Bol-Schoenmakers                        Periode: 1       
Examinator: Dr. M.W.H.C. Bol-Schoenmakers             Timeslot: A+D
E-mailadres: m.bol-schoenmakers@uu.nl                  Niveau: 3
Tel.nr. : 030 - 253 5397                                 
           
 
Inhoud:
Wij komen dagelijks in contact met potentieel giftige stoffen, variërend van humane geneesmiddelen tot milieuvervuilende stoffen of giftige planten. Het toxische effect van een stof wordt niet alleen bepaald door de stof zelf, maar ook door de eigenschappen van het blootgestelde individu. Daarnaast spelen dosering en route van blootstelling en individuele eigenschappen zoals leeftijd, geslacht en voedingsstatus een belangrijke rol. Centraal in de toxicologie staat het werkingsmechanisme van een potentieel toxische stof. Alleen als dit bekend is kan een reële inschatting gemaakt worden van een mogelijk risico na blootstelling aan de stof en kan dit risico naar het grote publiek gecommuniceerd worden. In de media komen regelmatig berichten over mogelijke humane risico’s van toxische stoffen, zoals bijvoorbeeld de rubber granulaatkorrels in kunstgrasvelden, dioxinebesmetting van eieren of bij grote branden zoals bij Moerdijk in 2011, waarbij de mening van een toxicoloog wordt gevraagd.
In deze cursus worden inleidende colleges over toxicologische basisprincipes gegeven. Vervolgens wordt een aantal toxicologisch belangrijke orgaansystemen behandeld en veel voorkomende klassen van toxinen. Tijdens de hele cursus staat de toepassing van de toxicologie voor mens en milieu centraal. Er zullen uiteenlopende onderwerpen worden behandeld aan de hand van maatschappelijk relevante voorbeelden, waarbij de studenten hun biomedische kennis zullen toepassen om maatschappelijke vraagstukken te kunnen beantwoorden. Verder gaat de student gedurende de cursus in een kleine groep ter verdieping van zijn/haar kennis een onderzoeksvoorstel schrijven over een moleculair-toxicologisch onderwerp.
 
Vereiste voorkennis:
De student dient basale kennis van farmacologie, cellulaire processen (bijv. signaaltransductie en gentranscriptie) organen (lever, nier) en (neuro-, immuno en endocriene) orgaansystemen te beheersen.
 
Leerdoelen:
Kennis en inzicht
Na het volgen van het blok kan de student:
  • verschillende principes uit de toxicologie, zoals werkingsmechanisme en dosis-effect relaties, gebruiken en deze in de praktijk toepassen;
  • orgaan-specifieke toxische effecten beschrijven en verklaren door toepassen van reeds aanwezige kennis van moleculaire en cellulaire processen;
  • de meest voorkomende humane intoxicaties herkennen en deze vanuit een mechanistisch oogpunt begrijpen;
  • uitleggen hoe de wetenschap “werkt”: hoe komt vanuit een wetenschapstheorie natuurwetenschappelijk onderzoek en de uitvoering ervan tot stand en hoe kunnen hieruit conclusies worden getrokken;
  • toelichten wat de rol is van de wetenschap in de samenleving en welke invloed de wetenschap heeft;
  • de basisprincipes rondom het gebruik van dierlijk en menselijk materiaal/(biologisch) afval toelichten.
 
Vaardigheden
Na afloop van de cursus is de student in staat om:
  • een initiële risicoschatting te maken van een toxische stof aan de hand van bestaande literatuur;
  • de wetenschappelijke onzekerheden ten aanzien van risicoschatting te communiceren naar een breder publiek;
  • bij een dilemma zowel argumenten voor als tegen elk van de verschillende keuzemogelijkheden te formuleren, af te wegen en tot een eigen standpunt te komen;
  • op grond van theoretische kennis en literatuuronderzoek een projectvoorstel te formuleren en te presenteren;
  • vanuit de 3V-principes (vermindering, verfijning, vervanging van proefdieren) een experimentele benadering van een onderzoeksvraag te beargumenteren;
  • eerlijke en constructieve feedback te geven op (het werk van) een ander.
 
Onderwijsvorm(en) en contacttijd:
De cursus bestaat uit kennisclips (5), hoorcolleges (20), werkcolleges (12) en een opdracht (20 uur). Bij de opdracht zullen de studenten in groepjes van 3-4 onder begeleiding van een docent gaan werken aan een projectvoorstel waarbij toxicologische werkingsmechanismen centraal staan. Let op: deze cursus kan in het Engels worden gedoceerd.
 
Toetsvormen:
Tentamen (60%):
De beoordeling vindt plaats aan de hand van één schriftelijk (gesloten boek) tentamen met open vragen, dat met minimaal een 5,5 moet zijn beoordeeld.
Werkcollege opdracht (bonus):
Er is één werkcollege met een opdracht die individueel beoordeeld zal worden en een bonus van maximaal 0,5 punt voor het tentamen kan opleveren.
Onderzoeksvoorstel (40%):
Het projectvoorstel en de bijbehorende twee presentaties worden beoordeeld aan de hand van rubrics. De begeleidende docent zal een cijfer vaststellen voor het groepsresultaat. Dit cijfer zal vervolgens worden gepersonaliseerd op basis van de bijdrage van de individuele student aan het eindresultaat, aan de hand van een evaluatie/reflectieformulier.   
 
Benodigd materiaal:
  • Casarett & Doull’s Toxicology, The Basic Science of Poisons. 8th Edition. De student kan een digitale versie gebruiken, welke via de universiteitsbibliotheek beschikbaar is;
  • Handouts bij de colleges. Deze zullen voorafgaand aan elk college digitaal beschikbaar worden gesteld via Blackboard.
  • Kennisclips worden aangeboden via Scalable Learning (toegang met solis-id).
SluitenHelpPrint
Switch to English