Ingangseisen
Voor deze cursus is het gehaald hebben van de cursus Beta in bedrijf en beleid aanbevolen. Kennis van ecologie op niveau 1 is aanbevolen.
Studiepad
Wetenschapper in Beleid‟ is onderdeel van de studiepaden ‘Educatie, communicatie en management’ (ECM) en Toxicologie. De cursus kan ook van belang zijn voor studenten met interesse in het adviespad ‘Ecologie en Natuurbeheer’ omdat de cursus een goede voorbereiding is op het masterprogramma Environmental Biology, specialisatie Ecology and Natural Resource Management.
In de cursus Wetenschapper in Beleid worden de relaties tussen natuur, natuuronderzoek, natuurbeheer, beleid en maatschappelijke context behandeld.
De maatschappelijke context is niet alleen een omgeving voor onderzoek, beheer, beleid e.d., hij geeft ook vorm aan natuur, door gebruik en andere impacts, hij beïnvloedt wat we natuur noemen en hoe we deze waarderen, welke prioriteiten we stellen in onderzoek en beleid, welke strategieën van natuurbeheer we kiezen e.d. In het geheel van het beheer van natuurlijke hulpbronnen kan de wetenschapper mede een beslissende rol spelen.
Aan de orde komen de natuur in Nederland, Europa en mondiaal, natuurvisies, natuurbeleid in Nederland, EU en mondiaal, principes van natural resource management, maatschappelijke waardering van ecologische functies, mogelijke posities en rollen van wetenschappers in beleid (pure wetenschapper, adviseur, advocaat, makelaar van opties), de verantwoordelijkheden van de wetenschapper in beleid, en methodologische aspecten van management en beleid.
Daarnaast krijgen academische vaardigheden en academische vorming aandacht.
Inhoud
In de cursus wetenschapper in beleid worden de relaties tussen natuur, natuuronderzoek, natuurbeheer en -beleid in een maatschappelijke context behandeld. Hierbij ligt de nadruk op beleid in het groene domein: natuurbeleid, landbouwbeleid en beleid omtrent groen en gezondheid. De maatschappelijke context is belangrijk omdat het vorm geeft aan wat we als natuur beschouwen maar ook door gebruik en andere impacts. Dit bepaalt hoe we natuur waarderen, welke prioriteiten we stellen in onderzoek en beleid en welke strategieën we kiezen. Daarbij worden zowel natuurwetenschappelijke kennis als een aantal begrippen uit de bestuurskundige en economische wetenschappen gebruikt. Aan de orde komen onder andere natuur en natuurbeleid in Nederland, Europa en mondiaal, de relatie tussen groen (omgeving) en gezondheid en maatschappelijke waardering van ecologische functies en ecosysteemdiensten.
Werkvormen
In de cursus krijg je te maken met een gevarieerd aanbod van werkvormen:
- een serie colleges en werkcolleges,
- in enkele werkcolleges zullen gemotiveerde studenten een belangrijke rol spelen,
- zelfstudie,
- trainingen in vaardigheden: projectmanagement leidend tot een projectplan, schriftelijke rapportage leidend tot een schrijfplan en een projectverslag (rapport/artikel),
- een project in een groep over een zelfgekozen probleem binnen de thematiek en randvoorwaarden van de cursus (ca 30 dagdelen).
Toetsing
De serie colleges, werkcolleges en zelfstudie sluit je af met een schriftelijke toets. Het project wordt beoordeeld op het projectplan, het rapport en de presentatie.
Deze vier toetsonderdelen bepalen als volgt het eindcijfer:
- toets: 40%,
- project: 60% (waarvan het projectplan 20%, het projectverslag 60% en de presentatie 20%).
Een cijfer lager dan 4 voor de toets of het project kan niet worden gecompenseerd met andere deelcijfers.
|