SluitenHelpPrint
Switch to English
Cursus: B-B2GEBI05
B-B2GEBI05
Gedragsbiologie
Cursus informatie
CursuscodeB-B2GEBI05
Studiepunten (EC)7,5
Cursusdoelen
Leerdoelen
Na afloop van het theoretische deel van deze cursus kun je:
  • de neurobioologische principes van stimulus perceptie, structuren voor de zintuiglijke verwerking en resulterend motorisch gedrag beschrijven,
  • aangeven wat motivatie is en welke modellen motivatie beschrijven en welke factoren bij motivatie en resulterend gedrag een rol spelen,
  • verschillende motivatiesystemen en hun interacties beschrijven,
  • aangeven hoe emoties en beloningssystemen aan elkaar gerelateerd zijn en van belang voor het gedrag, en aangeven welke biologische ritmes er zijn, hoe ze ontstaan en werken en wat hun invloed is op gedrag,
  • aan de hand van auditieve perceptie bij de uil, cognitieve verwerking van leren bij de honingbij en motorische output van zang van vogels de neurale mechanismen van gedrag beschrijven,
  • aangeven wat nature/nurture controverse inhoudt, aangeven wat imprinting is, de ontwikkeling van gedrag aan de hand van vogelzang beschrijven, de rol van hormonen en de ontwikkeling van de hersenen in de ontwikkeling van gedrag aangeven,
  • de verschillende soorten van leren beschrijven en de rol van het werkgeheugen en referentiegeheugen in het leerproces aangeven,
  • een beschrijving geven van de verschillende cognitieve vaardigheden van dieren zoals ruimtelijke representaties, representaties van aantallen, inzicht, gereedschapsgebruik, sociale representaties waaronder theory of mind, social learning en taal,
  • aangeven wat communicatie is, verschillende vormen van communicatiesignalen en eigenschappen ervan beschrijven, de oorsprong van signalen uitleggen,
  • aangeven wat seksuele selectie is en de verschillende effecten van seksuele selectie beschrijven,
  • de patronen van evolutie van gedrag kunnen uitleggen aan de hand van afleidingen en het testen van deze patronen kunnen uitleggen
  • de factoren aangeven die een rol spelen in het ontstaan van sociale groepen, de verschillende vormen van samenwerking beschrijven, de mogelijke consequenties van groepsleven beschrijven,
  • uitleggen wat dierenwelzijn is, kennis van diergedrag bij de groei en het hanteren van dieren in gevangenschap toepassen,
  • diergedrag in de conservatiebiologie toepassen,
  • toepassen van verklaringen voor diergedrag en de evolutie van gedrag op het gedrag van mensen,
Verder heeft de cursus tot doel het leren van verschillende vaardigheden zoals beschreven bij de vaardigheden.
 
Vaardigheden
  • Mondelinge en schriftelijke rapportage in het Nederlands,
  • Het schrijven van een onderzoeksvoorstel aan de hand van een opgegeven onderwerp. Dit presenteren en verdedigen.
  • Reviewen van een onderzoeksvoorstel
  • Toepassen van kennis,
  • Bibliotheekgebruik,
  • Creativiteit en problemen oplossen,
  • Beargumenteren van standpunten.
Inhoud
Ingangseisen     
De cursussen Biologie van Dieren en Evolutie en biodiversiteit. De cursus bereidt voor op de niveau 3 cursus Socio-ecologie.
 
Studiepad
De cursus is maakt deel uit van het studiepad Gedragsbiologie. Zij bereidt mede voor op de Master Neuroscience and Cognition en de track Behavioural Ecology binnen de master Environmental Biology.

Inhoud
Gedragsbiologie is de wetenschappelijke bestudering van het gedrag van dieren. Ruim veertig jaar geleden heeft de Nederlandse etholoog Niko Tinbergen de vier grote vragen in de gedragsbiologie gepostuleerd: evolutie, functie, ontwikkeling en causatie.
De eerste twee vragen kan men omschrijven als vragen naar het waarom van gedrag. Hieronder valt onder andere het deelgebied van de gedragsecologie. De laatste twee vragen betreffen het hoe van gedrag, de mechanismen die aan het gedrag ten grondslag liggen.
Gedragsbiologie is de moderne versie van wat we vroeger ethologie noemden. Het is echter veel breder dan de traditionele ethologie en omvat ook disciplines als cognitieve ethologie, neurobiologie van gedrag, en de meer toegepaste disciplines als zoo conservatie biologie en dierenwelzijn. Dit zijn disciplines die in de dagen van Lorenz en Tinbergen, de grondleggers van de ethologie, nog niet bestonden.
In de cursus Gedragsbiologie komen alle vier vragen van Tinbergen aan bod. Door middel van hoorcolleges en werkcolleges krijg je een gedetailleerd beeld van de moderne gedragswetenschap zoals geformuleerd in de leerdoelen. Hierbij gebruiken we het boek ‘The Behavior of Animals’.
Behalve het belang van de vier vragen voor onderzoek naar gedrag bespreken we ook de noodzaak waarom je deze vragen moet onderscheiden. Hierbij komt de (on-) mogelijkheid van integratie van causatie en functie aan bod.
 
Werkvormen
(Interactieve) colleges, werkopdrachten en –colleges, computerpractica, en zelfstudie.
Met een groepje medestudenten een onderzoeksvoorstel schrijven aan de hand van een opgegeven onderwerp over één van de thema's uit het boek. Er zijn vervolgens drie rollen per onderwerp mogelijk:  a) de eerste groep zal haar voorstel verdedigen met een korte presentatie voor de groep, waaronder vragen beantwoorden; b) de tweede groep zal vragen opstellen voor presenterende groep en het reviewen van een onderzoeksvoorstel; en c) de derde groep zal 2 onderzoeksvoorstellen reviewen.
 
Toetsing
Het eindcijfer van de cursus is samengesteld uit:
  • de schriftelijke toets (2/3 van het eindcijfer, als elk deeltentamen minstens 5.0 is en beide deelcijfers gemiddeld voldoende is),
  • de opdracht 'Onderzoeksvoorstel' mits deze voldoende is (1/3 van het eindcijfer)
De beoordeling van het ‘Onderzoeksvoorstel’ bestaat uit het zelf geschreven voorstel en de presentatie (3/4) en uit de presentatie / review / vragen over een ander onderzoeksvoorstel en je werkhouding (1/4).
 

 
SluitenHelpPrint
Switch to English