SluitenHelpPrint
Switch to English
Cursus: 201300178
201300178
Kind en Omgeving: pedagogische verkenningen
Cursus informatie
Cursuscode201300178
Studiepunten (EC)7,5
Cursusdoelen
Het hoofddoel is kennismaking met afwijkende psychosociale ontwikkeling –zowel emotionele problemen als gedragsproblemen– en de factoren en processen die dit beïnvloeden (o.a. opvoeding en eigenschappen van het kind; zie Inhoud). Naast inhoudelijke kennis worden academische vaardigheden nagestreefd: Studenten moeten kunnen analyseren, samenvatten, kritisch vergelijken en beoordelen. Tot slot is academische vorming (verdieping in maatschappelijke vraagstukken; persoonlijke ervaring) het doel.
 
Relatie tussen de toetsen en de leerdoelen
Het hoofddoel wordt getoetst via een multiple choice tentamen op het eind van de cursus. Het tentamen heeft betrekking op de colleges en bijbehorende stof. Halverwege vindt een oefentoets plaats. Hierdoor krijgt de student een idee van de vragen die op het echte tentamen gesteld worden en van zijn vorderingen  De werkcolleges zijn niet alleen bedoeld om de verwerking van de leerstof te bevorderen en academische vaardigheden te oefenen, maar bieden ook ervaring en verdieping aan (academische vorming). Daarnaast formuleren studenten wekelijks zelf een multiple choice vraag over de literatuur (‘literatuuropdrachten’). Dit gebeurt aan de hand van voorbeelden en een checklist in de cursushandleiding. De mc-vragen worden nagekeken door docenten. Hierdoor: (a) worden studenten gestimuleerd om de stof te bestuderen én om op een andere manier naar de stof te kijken(“Wat moet ik nu van een onderwerp weten om te kunnen slagen?”); (b) merken docenten beter welke onderdelen niet goed begrepen zijn of door de studenten over het hoofd worden gezien; (c) ontstaat er een grote database met oefenvragen die studenten kunnen gebruiken als voorbereiding op het tentamen en de oefentoets. 
De hoorcolleges zijn niet verplicht, maar de werkcolleges en literatuuropdrachten (mc-vragen formuleren) wel. Bovendien wordt daarbij duidelijke inzet van studenten verwacht. Omgekeerd zetten docenten zich voor studenten in (o.a. nakijken van wekelijkse individuele opdrachten, beantwoorden van vragen buiten de hoorcolleges, een oefentoets, inzagemoment met korte toelichting).
Inhoud
Van oudsher is pedagogiek of opvoedkunde de studie van de manier waarop volwassenen (ouders, verzorgers, onderwijzers) kinderen en jeugdigen grootbrengen. In deze cursus wordt dan ook veel aandacht besteed aan het opvoedingshandelen, m.n van ouders. De pedagogiek heeft echter ook oog voor andere dan gezinsfactoren. Naast opvoeding wordt in deze cursus aandacht besteed aan factoren in het kind (bijv. persoonlijkheidskenmerken), de gemeenschap (bijv. leeftijdgenoten of peers) en de maatschappelijke en culturele context. Hoewel de nadruk ligt op afwijkende of minder gunstige ontwikkeling, wordt er ook aan de normale ontwikkeling gerefereerd. Thema’s zijn het vaststellen van emotionele en gedragsproblemen; gender en opvoeding; paradigmata, theorieën en risicofactoren; kindermishandeling; echtscheiding; ouders met psychiatrische problemen; multiprobleemgezinnen; angst; depressie; ADHD; agressieve en regelovertredende gedragsproblemen; pesten op school; en mediagebruik door kinderen en jeugdigen. De acht hoorcolleges worden gecombineerd met werkcolleges (begeleid door docenten) en literatuuropdrachten. Daarnaast kunnen studenten (online) vragen stellen aan de hoorcollegedocent over het college en de literatuur. 
 
Toelichting toelatingsvoorwaarden
De cursus is in de eerste plaats ontwikkeld voor en gericht op studenten Rechtsgeleerdheid die de minor Jeugd en Criminaliteit volgen. Voor hen is de cursus verplicht. Studenten van andere studierichtingen en faculteiten, die geïnteresseerd zijn in een pedagogische blik op psychosociale ontwikkeling, zijn evenzeer welkom.
SluitenHelpPrint
Switch to English