De student moet in staat zijn om:
-
zelfstandig een keuze te maken voor de juiste analysetechniek die nodig is voor onderzoek op het terrein van ASW;
-
de kwantitatieve analysemethoden te begrijpen die veel worden gebruikt in sociaalwetenschappelijk onderzoek;
-
de besproken analysemethoden uit te voeren met SPSS;
-
de door SPSS geleverde uitvoer te verwerken en correct te interpreteren en hierover te rapporteren binnen de onderzoeksvraagstelling.
Relatie tussen toetsen en leerdoelen
In het tentamen staat centraal:
-
het toetsen van kennis over methodologische en statistische begrippen (leerdoelen 1-2);
-
het toetsen van de toepassing van de theoretische kennis op (bestaande) onderzoeksvoorbeelden (leerdoel 2);
-
het interpreteren van SPSS output (leerdoel 4)
In de computertoets staat centraal:
-
beoordelen of de student de techniek van het uitvoeren van de kwantitatieve analyses voldoende beheerst (leerdoelen 3 en 4)
|
|
In deze cursus komt data-analyse van kwantitatieve gegevens, zoals enquêtegegevens en experimentele data, aan bod. In de hoorcolleges zullen de technieken worden uitgelegd en geïllustreerd door middel van relevante toepassingen. SPSS-vaardigheden betreffende de besproken analyses oefenen studenten aan de hand van oefeningen die worden aangeboden via Blackboard. Onder meer komen de volgende onderwerpen aan bod: factoranalyse, betrouwbaarheidsanalyse, variantieanalyse, ANCOVA, ANOVA voor herhaalde metingen en multipele regressie.
|
|