Na afloop van de cursus kan je:
1. de belangrijkste methodische begrippen herkennen en interpreteren; je kan bijvoorbeeld een onderzoeksvraag beoordelen op haalbaarheid, of beoordelen of in een onderzoek betrouwbaar is gemeten;
2. basale methodologische spelregels binnen sociaal wetenschappelijk onderzoek uitleggen en hanteren;
3. verschillende kwantitatieve en kwalitatieve onderzoeksstrategieën onderscheiden en de daarbij gehanteerde kernbegrippen uitleggen en hanteren;
4. opzet en fasering van een onderzoek in de sociale wetenschappen schetsen;
5. een probleemstelling, doelstelling, onderzoeksvraag en hypothese onderscheiden;
6. de belangrijkste statistische begrippen en technieken toepassen en interpreteren; je weet bijvoorbeeld bij welke onderzoeksvraag welke univariate toetsingstechniek past en kan die met SPSS toepassen en het resultaat interpreteren.
7. data invoeren en eenvoudige analyses uitvoeren met behulp van het software pakket SPSS;
8. de output van SPSS interpreteren en volgens APA-normen rapporteren.
Relatie tussen de toetsen en leerdoelen:
Toetsing binnen MSSWO1 bestaat uit twee deeltoetsen met meerkeuzevragen. Er zijn drie type vragen: kennis-, reken- en inzicht-vragen. Met de kennis-vragen toetsen we of methodologische en statistische begrippen bekend zijn bij de student (Leerdoelen 1 tot en met 6). Met de reken-vragen vragen we om een berekening voor een simpel scenario, om te zien of de student de benodigde formules kan vinden (in een bijgeleverd document; of kent) en of hij/zij die formule kan toepassen (Leerdoel 6). Als laatste, heel belangrijk, de inzichtsvragen: die toetsen of de student de stof zo goed onder de knie heeft dat hij/zij het kan toepassen op een simpel voorgelegde scenario (waaronder toetskeuze-vragen en vragen m.b.t. interpretatie van SPSS-output; Leerdoelen 1 tot en met 6 en 8).
Leerdoel 7 wordt bereikt met de SPSS-practica, maar wordt niet getoetst in MSSWO1.