SluitenHelpPrint
Switch to English
Cursus: ME3V15018
ME3V15018
Nieuwe media filosofie
Cursus informatie
CursuscodeME3V15018
Studiepunten (EC)7,5
Cursusdoelen
Na het behalen van de cursus heeft de student:
- kennis van en inzicht in theorieën en concepten die voor een filosofische reflectie op technologie en nieuwe media van belang zijn;
- inzicht in het belang van deze techniek- en mediafilosofische vraagstukken in relatie tot het beroepenveld.
 
Na het behalen van de cursus kan de student:
- normatieve vooronderstellingen met betrekking tot nieuwe media herkennen, analyseren en kritisch bevragen;
- een beargumenteerde eigen positie innemen in een techniek- en mediafilosofisch debat;
- hedendaagse discussies over nieuwe media herleiden tot filosofische grondbeginselen, concepten en posities.

De student verwerft kennis van en inzicht in theorieën en concepten die voor een filosofische reflectie op nieuwe mediatechnologieën van belang zijn. Zij stellen de student in staat om o.a. ontologische en normatieve vooronderstellingen en implicaties met betrekking tot nieuwe media te herkennen, te analyseren en kritisch te bevragen. De kennis slaat daarbij ook bruggen te slaan naar kwesties die voor het beroepsveld actueel en relevant zijn.
Inhoud
Dit is een cursus met voorrangsregels. Je dient je in te schrijven voor deze cursus vóór 14 november 12.00 uur.
De volgende studenten zijn gegarandeerd van een plaats:
  • BA Media en cultuur;
  • BA TCS en LAS;
  • studenten die zich hebben ingeschreven voor de minor Cultuur, communicatie en media;
  • premasterstudenten.
Overige studenten worden geplaatst middels loting mits er plek is.

Sinds de opkomst van digitale mediatechnologieën zijn we er met terugwerkende kracht van doordrongen dat media geen neutrale doorgeefluiken zijn van boodschappen. De media zelf drukken een stempel op de wijze waarop we waarnemen, voelen, denken en handelen. Een filosofische reflectie op nieuwe media houdt in dat we nadenken over de relatie tussen mediatechnologie enerzijds en het beeld dat we van onszelf en de wereld hebben anderzijds. Filosofie vraagt met name naar de impliciete of expliciete vooronderstellingen die bij de analyse en beoordeling van deze relatie een rol spelen. In deze cursus richten we ons op de ontologische, epistemologische en normatieve (ethische en politieke) grondslagen van technologie en media. We onderzoeken onder andere of het gevestigde techniekfilosofische vocabulaire nog wel toereikend is om de huidige digitale cultuur te analyseren.

We maken daarbij gebruik van inzichten uit de volgende subdisciplines: techniekfilosofie, ethiek, politieke filosofie, cultuurfilosofie, mediatheorie en filosofische antropologie. De cursus is de laatste uit het verdiepingspakket Nieuwe media en digitale cultuur en voegt een filosofisch-conceptuele reflectie toe aan de sociaalculturele analyse van diverse digitale artefacten en praktijken die in de voorafgaande cursussen centraal stond.

Deze cursus is het vierde vak in het Verdiepingspakket Nieuwe media en Digitale Cultuur en de minor Cultuur, Communicatie en Nieuwe Media en bouwt voort op de kennis en vaardigheden die zijn opgedaan in basispakket 1 en 2. In dit pakket verdiepen studenten hun historische en theoretische kennis van het nieuwe media en digitale cultuur en trainen zij vakspecifieke vaardigheden. Hierbij kun je denken aan onderzoeksmethodes die specifiek zijn voor het veld of de disciplines, of aan specifieke professionele vaardigheden.

Voor studenten LAS en TCS die deze cursus volgen als onderdeel van het kernpakket van hun hoofdrichting geldt een verplichte voorbereiding. Informatie: https://tcs.sites.uu.nl/

Essay: wat wordt er beoordeeld?
  • kracht van de argumentatie (logische consistentie, precisie);
  • diepgang en nauwkeurigheid van de filosofische reflectie;
  • inbedding in de cursusstof (relevante bronnen uit het cursusmateriaal worden aangehaald, met een minimum van drie bronnen en minstens éen eigen externe bron);
  • taal en stijl (heldere betoogtrant, nauwkeurig geformuleerd, vrij van taal-, spel- en schrijffouten);
  • formele aspecten (verwijzingssysteem consequent en correct toegepast, naam-nummer-werkgroep-docent op voorblad, regelafstand 1,5, lettergrootte 11, voldaan aan alle formele randvoorwaarden wat betreft gebruik van bronnen).
SluitenHelpPrint
Switch to English