Na de cursus:
- heeft de student kennis van en inzicht in beginselen, uitgangspunten en leerstukken van materieel strafrecht en over de aard en functie van dogmatiek van het materiële strafrecht.
- heeft de student kennis van en inzicht in de betekenis en de toepassingsmogelijkheden van externe rechtsvergelijking en de methodologie van externe rechtsvergelijking.
- heeft de student kennis van en inzicht in leerstukken uit het algemeen deel van het materieel strafrecht, en de samenhang tussen deze leerstukken en leerstukken ten aanzien van enkele delictsgroepen uit het bijzonder deel van het materieel strafrecht, die beide worden verrijkt met gezichtspunten uit externe rechtsvergelijking, Europees recht, maatschappelijke ontwikkelingen en forensische gedragswetenschappen.
- kan de student zelfstandig literatuur over een materieelstrafrechtelijk leerstuk kritisch analyseren en waarderen, mede door het betoog af te zetten tegen een context ontleend aan kennis van en inzichten over andere rechtsstelsels en forensische gedragswetenschappen.
- kan de student zich in korte tijd verdiepen in de kenmerken en materieelstrafrechtelijke vragen van enkele bijzondere delictsgroepen.
- kan de student het positieve recht in een bredere wetenschappelijke, maatschappelijke en Europese context plaatsen en daarop vanuit die verschillende gezichtspunten kritisch reflecteren en kan de student daarvan mondeling en schriftelijk verslag doen in helder en correct Nederlands.
|
 |
|
Het vak Materieel strafrecht in context vormt samen met het vak Neurorecht en forensische psychiatrie de specialisatie Forensische psychiatrie en strafrecht. Binnen deze specialisatie komen actuele discussies op het grensgebied tussen psychiatrie en strafrecht aan bod.
In het vak Materieel strafrecht in context staat de kritische analyse van materieelstrafrechtelijke leerstukken centraal in het licht van fundamentele beginselen, andere rechtsstelsels en forensische gedragswetenschappen. Deze beginselen, andere rechtstelsels en forensische gedragswetenschappen verschaffen elk een eigen context van waaruit materieelstrafrechtelijke leerstukken worden besproken en geanalyseerd. Vragen die hierbij onder andere gesteld kunnen worden zijn: Hoe verhoudt het strafrechtelijk opzetbegrip zich tot de neurowetenschappen? Wat kunnen we leren van de wijze waarop andere landen met ontoerekenbaarheid wegens een psychische stoornis omgaan? Welke invloed hebben positieve verplichtingen die uit het EVRM voortvloeien op de strafbaarstelling van zedendelicten? Om beantwoording van deze vragen mogelijk te maken, komt de methodologie van de externe rechtsvergelijking in de cursus aan bod en zal waar nodig een introductie in de forensische gedragswetenschappen worden gegeven.
Plaats van de cursus in het curriculum
- Verplichte cursus in de specialisatie 'Forensische psychiatrie en strafrecht'
|
|
|