SluitenHelpPrint
Switch to English
Cursus: WISB101
WISB101
Wat is wiskunde
Cursus informatie
CursuscodeWISB101
Studiepunten (EC)7,5
Cursusdoelen

 
Inhoud

• inleiding tot verzamelingleer
• inleiding tot logica
• inleiding tot getaltheorie
• bewijsmethoden
• verzamelingenleer kardinaliteiten
• elementaire getaltheorie
• inleiding tot de analyse
 
Vereiste voorkennis:Wiskunde van het VWO
 
Kennis en inzicht: Na afronding van de cursus kent de student:
• verschillende bewijsmethoden
• de gebruikelijke moderne notatie
• de basis van verzamelingenleer, logica, functies, getaltheorie, analyse
 
Vaardigheden: Na afronding van de cursus kan de student:
• wiskundige bewijzen lezen en schrijven
• de juistheid van een wiskundige bewijs bepalen
• verschillende bewijsmethoden toepassen
• wiskundige bewijzen en ideeën duidelijk communiceren
• fundamentele stellingen over getallen, verzamelingen, functies en groepen bewijzen
 Onderwijsvormen: Er zijn per week 3 keer 2 uur gecombineerde werkcolleges/hoorcolleges.Tijdens de colleges wordt de stof uit het boek door de docent uitgelegd en worden opdrachten uitgewerkt.De studenten krijgen dan ook de gelegenheid zelf opdrachten op te lossen onder de begeleiding van de docent en een studentassistent.
Daarnaast is er een verplicht hoorcollege per week waarin de student een zicht krijgt op verschillende onderzoeksgebieden binnen de wiskunde.
 
Tijdens de werkcolleges wordt met de stof van het hoorcollege geoefend. De docent van elke groep bepaalt zelf de verdeling hoorcollege/werkcollege. Daarom kunnen de groepen nogal van elkaar verschillen. Toch, om wat eenheid tussen de groepen aan te brengen,wordt er per week een aantal opdrachten aangewezen. Deze opdrachten dienen als leidraad in een vorm nader te bepalen door de docent.
Een van de doelen van deze cursus is het leren schrijven van wiskundige bewijzen. Daarom wordt door de docent zowel gekeken naar het correct opschrijven van het bewijs als naar de juistheid van de oplossing. Dit geldt voor de inleveropdrachten en voor de opdrachten opgelost door de studenten tijdens de werkcolleges. Sommige weken zijn er meer opdrachten voorgeschreven dan in andere weken. De verdeling is zo gekozen om studenten de gelegenheid te geven soms oudere opdrachten op te pakken en wat extra huiswerk te kunnen doen. Het is dus niet de bedoeling dat elke week alle opdrachten tijdens het werkcollege gemaakt kunnen worden. Zeer waarschijnlijk is er niet elke week genoeg tijd beschikbaar om dat te doen. Het is dan de verantwoordelijkheid van de studenten dat ze thuis verder oefenen en eventueel tijdens de volgende werkcollegesessies vragen stellen.
Toetsvormen: 
 Elke week is er een inleveropdracht voorgeschreven. Die dient de volgende sessie aan het begin van de les te worden ingediend. De docent of de werkcollegebegeleider kijkt de inleveropdracht na. De student krijgt dan de inleveropdracht terug met een cijfer en eventueel ook opmerkingen. Een niet ingeleverd opdracht telt hierbij als 0. Aan het eind van het blok is er een tentamen.

Beoordeling:
Het tentamen telt voor 85% mee en de inleveropgaven voor 15 %.
Er zijn geen minimumeisen aan inleveropgaven.
 
SluitenHelpPrint
Switch to English